Gepubliceerd op 31-10-2017

aftrap

betekenis & definitie

aftrap - Zelfstandignaamwoord
1. (voetbal) de eerste trap vanuit de middencirkel bij het begin van speeltijd van een voetbalwedstrijd
Nederland nam de aftrap.
2. het begin of de start van iets
Het doorknippen van het lint was de aftrap van de feestweek.

aftrap - Werkwoord
1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftrappen
♢... dat ik aftrap