aftrap - Zelfstandignaamwoord
1. (voetbal) de eerste trap vanuit de middencirkel bij het begin van speeltijd van een voetbalwedstrijd
♢ Nederland nam de aftrap.
2. het begin of de start van iets
♢ Het doorknippen van het lint was de aftrap van de feestweek.
aftrap - Werkwoord
1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aftrappen
♢... dat ik aftrap
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: