Wijsgeerige kunsttermen

Dr. C.J. Wijnaendts Francken (1925)

Gepubliceerd op 20-07-2020

voluntarisme

betekenis & definitie

voluntarisme 1)(van Lat. voluntas = wil). In tegenstelling van het intellectualisme wordt hier niet het verstandelijk inzicht, nadenken en logisch besluiten, maar de wil als hetzij bewust hetzij onbewust streven verheven tot belangrijkste drijfkracht.

En dat niet alleen van 's menschen handelen; want aan de onberedeneerde aandrift wordt in laatste instantie ook het karakter toegeschreven, dat het verstandelijk oordeelen en besluiten aanneemt. Een bewust-verstandelijke werkzaamheid toch is niet mogelijk zonder opmerkzaamheid, en die laatste weer staat onder de heerschappij van gevoel en wil. Zoo hangt alle kennen samen met een willen: om zuiver te zien, moet men eerst zuiver willen zien, en daarvan wordt men dikwijls door zijn affecten en driften weerhouden. Geen denken wordt er gevonden, dat geheel los zou staan van alle gevoel: een uitsluitend intellectueel denken is niets dan een bloote fictie. In geen enkele bewijsvoering ontbreken voluntaristische elementen, en voor verschillende individuen hebben de aangevoerde argumenten hoegenaamd niet dezelfde waarde. Bijna elke overtuiging hangt samen met zekere aanwezige neigingen: de verstandelijke redenen, die er voor worden aangevoerd, komen veelal eerst achteraan ter rechtvaardiging van een oordeel, dat alreeds vooraf uit neiging geveld werd. Want op den bodem van al onze gedachtengangen ligt het gevoelsleven.Zoo ook leert het voluntarisme, dat het verstand eerst in den loop der ontwikkeling is opgetreden, lang nadat reeds gevoel en streven werkzaam waren. En dat, zoowel bij het individu als bij de soort, ontogenetisch zoowel als phylogenetisch. Gevoels- en wilsleven zijn het primaire en oorspronkelijke. Maar ook later worden ’s menschen gedragingen veeleer bepaald door wat hij voelt dan door wat hij denkt. Het verstand toch zonder meer vormt geen motief tot handelen; en voorstellingen blijven onwerkzaam, zoolang zij voor den bezitter geen gevoelswaarde hebben verkregen.

Het metaphysisch voluntarisme, gegrondvest door Schopenhauer, heeft later ijverige verdedigers gevonden o.a. in Wundt en Paulsen, Ribot en zoovele andere, vooral Engelsche en Amerikaansche philosofen met psychologisch en biologisch gekleurde zienswijzen en overtuigingen.

1) De term schijnt het eerst gebezigd te zijn door Tönnies in 1883 en al spoedig algemeen ingang gevonden te hebben.

< >