Vollenhovense bol - oorspronkelijk rond vissersvaartuig uit Vollenhove en omgeving. De eerste bollen werden omstreeks 1900 gebouwd.
Het type lijkt op het eerste gezicht wat op een kleine botter. Het achterschip loopt echter relatief hoger op, de zeeg is wat gestrekter en de kop wat lager dan bij de botter. Het vlak is smal en de huid valt vrij ver naar buiten zodat een nogal breed schip ontstaat. Er varen nog enkele houten bollen als jacht. Jaarlijks komen er enkele nieuwe Vollenhovense bollen van staal bij. Bij een lengte van bv. 8,75 m is de breedte ca. 3,00 m, bij een diepgang van 0,70 m. Het zeiloppervlak is dan ongeveer ais volgt verdeeld: grootzeil 22 m2, fok to m2, botterfok 13 m2 en kluiver 7 m2.