Verkeersscheiding - éénrichtingsverkeer in drukke vaargebieden, met relatief nauwe vaargeulen, ingesteld om het gevaar voor aanvaring te verkleinen. Is o.m. ingevoerd in Het Kanaal en op een groot deel van de betonde mijnenvrije routes door de Noordzee.
Gebieden met verkeersscheiding zijn op de zeekaart aan gegeven en in de Zeemansgids nader toegelicht. Voor beide vaarrichtingen is een geul afgebakend of aangegeven, met daartussen een ‘middenberm’. Er bestaat geen verplichting zich aan de verkeersscheiding te houden; wie tegen de verkeersstroom invaart, neemt echter bijzonder grote risico’s op zich en zal veelal handelen in strijd met de goede zeemanschap. Het ‘oversteken’ van een gebied met verkeersscheiding dient zo veel mogelijk haaks op de vaarrichting ter plaatse te geschieden, zodat de scheepvaart de oversteker duidelijk als zodanig kan herkennen; de ‘middenberm' biedt gelegenheid voor koerscorrecties of voor op-en-neer houden, wanneer de drukte in de geul met tegengesteld verkeer dat wenselijk maakt.