Senecio: is afkomstig van het Latijnse senex = grijsaard, omdat de bloemen spoedig na het bloeien zaden vormen waaraan zich zaadpluis bevindt die het geheel een grauw en vergrijsd aanzien geeft.
Sylvaticus: bosbewonend, silva = bos, de plant groeit ook in bos.
Boskruiskruid: de wat raadselachtig lijkende Nederlandse naam kruiskruid heeft waarschijnlijk dezelfde achtergrond als de geslachtsnaam. Als het vermoeden juist is dat het woord Kruiskruid een beter rijmende versie is van grijskruid (Greiskraut = grijsaardkruid). De naam kruiskruid wil men ook wel verklaren naar het kruisgewijs geplaatst zijn van de bladeren.
Bijzonderheden:
• de vrijwel steeds aanwezige citroengele straalbloemen – gemiddeld dertien – vallen nauwelijks op doordat ze weinig buiten het omwindsel uitsteken en zich daarbij ook nog oprollen.
Gepubliceerd op 12-05-2020
Kruiskruid (bos), Senecio sylvaticus
betekenis & definitie