Aster (zee (zulte)), Aster tripolium

betekenis & definitie

Aster: is afkomstig van het Griekse aster, dat ster betekent en slaat op de stervormige bloemhoofdjes.
Tripolium: de naam is afkomstig van het Griekse tripolion = driemaal grauw.
Zeeaster: het eerste gedeelte van de Nederlandse naam verwijst naar de plaats waar de plant groeit namelijk de zee. Het tweede gedeelte aster is afgeleid van het Griekse aster, dat ster betekent en slaat op de stervormige bloemhoofdjes. De plant groeit langs zilte en brakke waterkanten en kreeg van de bevolking de naam Zulte, dat afgeleid is van het Middelnederlandse (= het Nederlands van de 12e tot op het einde van de 15e eeuw) sulte = pekel. Ze heeft die naam gekregen door haar voorkeur voor een zoute groeiplaats.
Bijzonderheden:
• Zeeaster is een belangrijke voedselbron voor verschillende diersoorten, zoals rotganzen en schapen. Schorrenschapen vreten vooral de jonge bloemknoppen graag en daarom worden in de nazomer door herders speciale tochten met hun kudde ondernomen. In het najaar vormen de nootjes gewilde kost van gorzen en andere vinkachtigen;
• plaatselijk wordt de plant, net als zeekraal, voor menselijke consumptie in het wild verzameld. Als groente staat zij in Zeeland bekend onder de naam ‘lamsoren’, niet te verwarren met het officiële, oneetbare Lamsoor.