[modern Lat., van Lat. motor = de beweger, van movere, motum = bewegen]
1 machine die een of andere vorm van energie (verbrandingsenergie, elektrische energie, kernenergie e.d.) omzet in bewegingsenergie om voertuigen, bep. gereedschappen e.d. aan te drijven;
2 (fig.) stuwende, drijvende kracht (bijv.: hij is de - van de zaak);
3 motorrijwiel, motorfiets.