Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gepubliceerd op 09-03-2021

Coma

betekenis & definitie

I [Gr. kooma = diepe vaste slaap]

1 langdurige diepe bewusteloosheid, waaruit de patiënt niet kan worden gewekt;

2 slaapziekte.

II [Gr. komè = hoofdhaar]

1 (astr.) nevelachtig kopomhulsel van een komeet, z.a.;

2 (optiek) afbeeldingsfout ontstaan doordat bij een optisch stelsel stralen die invallen evenwijdig aan een bijas die een grote hoek maakt met de optische hoofdas, sferische aberratie (zie sferisch) vertonen.

< >