[Gr. athènaion = heiligdom van Athènè, godin der wijsheid]
1 (Ned.) vroeger (athenaeum): inrichting voor hoger onderwijs op beperkte schaal, de zgn. Illustre School, dienend als voorbereiding op de universiteit of als theologische hogeschool; thans: volgens de Wet op Voortgezet Onderwijs (Mammoetwet, 1962): een van de drie schoolsoorten voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs; na het derde leerjaar gesplitst in een afdeling A (vnl. maatschappelijke en economische vakken) en een afdeling B (vnl. natuurwetenschappen en wiskunde);
2 (België) vroeger: schooltype als voortzetting van Latijnse scholen; thans: oud atheneum, met Grieks-Latijnse, Latijns-wiskundige en Latijns-wetenschappelijke afdeling, modern atheneum, met wetenschappelijke A-afdeling (vnl. wiskunde), wetenschappelijke B-afdeling (vnl. natuurwetenschappen) en Economische afdeling.