m
Het eerste deel van deze Hebr. naam betekent ‘man van’, de betekenis van het tweede is niet zeker. De hele naam wordt wel verklaard als 'spiesdrager’. Naam van de zoon van Henoch, grootvader van Noach, vermeld in Gen 5. De naam werd spreekwoordelijk in 'zo oud als Methusalem’. Hij werd uiteraard nooit aan kleine kinderen gegeven, maar de Eng. Puriteinen gebruikten hem bij naamsverandering wel.
