Gepubliceerd op 16-11-2020

Humes Bladkoning

betekenis & definitie

Phylloscopus humei (Brooks) 1878. Sterk op de Bladkoning ← gelijkende Boszanger, die in de Lage Landen op de trek zeldzaam voorkomt.

Williamson 1976 en Van der Have 1985 (DB 7(4): 129-133) beschouwden deze nog als een ondersoort van de Bladkoning. De Humes Bladkoning maakt een ander geluid (roep en zang) dan de Bladkoning. In het register van Dutch Birding 1987 (p.Vll) komt de naam Humes Bladkoninkje voor. De naam is evident een vertaling van E Hume’s Yellowbrowed Warbler. D Tienschan-Laubsänger, naar het voorkomen in o.a. het Tiensjan-gebergte in Midden-Azië [Jonsson/Barthel 1992].Allan Octavian Hume (1829-1912) was in britse burgerlijke dienst in India, waar hij in 1885 de Indian National Congress oprichtte ter vergroting van de invloed van de Indiërs op de politiek in hun eigen land. Hieruit kwam het leiderschap van Mahatma Gandhi (1869-1948) voort. Hume schonk zijn private indische vogelverzameling van 60.000 balgen en 16.000 eieren aan het British Museum. Naar hem zijn de Humes Tapuit Oenanthe alboniger (Hume: Saxicola) 1872, de Humes Braamsluiper Sylvia althaea Hume 1878 en de Hume's Tawny Owl (=Palestijnse Bosuil Strix butleri (Hume: Asio) 1878) genoemd, en naar zijn vrouw Mary: de Syrmaticus humiae (=Hume's Pheasant, uit Zuidoost-Azië). Hume was de auteur van Nest and eggs of Indian birds (1873) en Game birds of India, Burma and Ceylon (1879). Terug in Engeland in 1894 wijdde hij zich aan de botanie.