gr., de hoogere theoretische en technische kennis, noodig voor de uitoefening van de technologische en de ingenieursvakken, of voor de technische leiding van industrieën enz.; polytechnisch, op de polytechniek betrekking hebbende.
Op de polytechnische scholen, die tegenover z.g. ambachtsscholen staan, waar alleen practisch onderricht gegeven wordt, worden de verschillende wetenschappen, wiskunde, werktuigkunde, natuur- en scheikunde, van de grondbeginselen af onderwezen, met de toepassing op onderscheidene bedrijven, voorts teekenen, bouwkunde, waterbouwkunde, aardkunde, mijnontginning, scheepsbouwkunde enz. In ons land is een zoodanige school te Delft, die sinds 1905 Technische Hoogeschool heet.