1) Grieksch architect ten tijde van Alexander den Grooten, bouwde het arsenaal in den Piraeus te Athene, waarover hij ook een werk geschreven heeft.
2) P. van Byzantium, wiskundige, omstreeks 250 v. Chr., schreef een groot werk over de geheele mechanica ' (Mechanica syntaxis) in haar toepassing op alle takken der bouwkunst. Bewaard gebleven zijn enkele fragmenten over vestingbouw en dergelijke. Het zijn naam dragende werkje „De zeven wereldwonderen” is afkomstig uit de 6de eeuw na Chr.
3) P. van Larissa, leerling en opvolger van Clitomachus als hoofd der Academie, stichter der als vierde Academie aangeduide richting. Hij vluchtte 88 v. Chr. in den Mithridatischen oorlog uit Athene naar Rome, waar Cicero hem hoorde.
4) P. Judaeus, joodsch-hellenistisch wijsgeer, geb. omstreeks 20 v. Chr., pverl. 54 na Chr., Zijn op allegorische uitlegging van het O. Testament berustende philosophie bevat stoïcynsche en platonische gedachten en beschouwt als einddoel van het leven de onmiddellijke aanschouwing der godheid. Zijn leer werd de grondslag der theologie van de alexandrijnsche school. De overgebleven werken van P. werden het laatst uitgegeven door Cohn en Wendland; Philonea inedita door Tischendorf.
5) Herodus P. uit Byblus in Phoenicië, grammaticus m geschiedschrijver, omstreeks 64—141 na Chr., schreef behalve een beroemd literatuur-historisch werk, Over steden en de beroemde mannen daaruit, in 30 boeken, een hoofdbron voor de latere grammatici, onder meer een vertaling van den zg. Sanchuniaton (zie ald.), waarvan enkele fragmenten bewaard zijn gebleven (uitgeg. in dl. 3 der Fragmenta historicorum graecorum van Müller). De volledige, door Wagenfeld (Bremen 1837) zoogenaamd uit een portugeesch klooster in het licht gebrachte tekst was een bedrog.