poolsch patriot, geb. 1827 te Kratoschin, overl. op reis, te Weenen 1887, wdjdde zich eerst aan de studie van het onderwijs, nam daarna deel aan Garibaldi’s tocht naar Napels (1860), was in 1862 te Parijs, Londen en Warschau werkzaam voor de Poolsche zaak en werd, toen in Januari 1863 de opstand tegen de Russen in Polen uitbrak, aanvoerder van een vrijschaar in het district Sandomir. Spoedig gaf hij blijken van meer dan gewone militaire talenten; met 4—7000 man behaalde hij verschillende voordeelen op de grootere en welgeorganiseerde russische legerkorpsen.
In Maart van hetzelfde jaar werd hij tot opperbevelhebber en dictator van Polen benoemd en stelde hij een burgerlijk bewind in. Maar nu keerde de krijgskans; voor de overmacht der Russen moesten L. en zijn dapperen wijken, ten slotte werd hij met het overschot van zijn korps gedwongen de Oostenrijksche grens over te trekken. Hij werd in de vesting Josefstadt geïnterneerd, doch in 1865 weder in vrijheid gesteld. Nu begaf L. zich naar Zwitserland, vestigde zich te Greuchen in het kanton Solothurn, waar hem het burgerrecht werd verleend. Zijn laatste levensjaren woonde hij te Konstantinopel, waar hij een betrekking had aan het arsenaal.