Gepubliceerd op 19-01-2021

Henri françois d’aguesseau

betekenis & definitie

Fransch rechtsgeleerde, door Voltaire de geleerdste magistraat die Frankrijk ooit bezat genoemd, geboren te Limoges, 1668; in 1690 werd hij avocat-général te Parijs, en in 1700 procureur ^général; hij betoonde grooten weldadigheidszin, tijdens een hongersnood (1709); als ijverig verdediger der volksrechten bestreed hij vele dekreten van Lodewijk XIV en kanselier Voisin; tijdens het bestuur van den hertog v. Orléans (1717) werd hij kanselier van Frankrijk, doch viel het volgend jaar in ongenade wegens zijn bestrijding der financiëele plannen van Law en trok zich op zijn buitengoed te Fresnes terug; toen deze plannen bleken het land verderfelijk te zijn en er overal stemmeiii van ontevredenheid opgingen, werd hij in eer hersteld, teneinde dè woelingen te sussen; zijn bemiddeling kon den treurigen stand van zaken evenwel weinig verbeteren; hij werd ten tweeden male gedwongen zich terug te trekken, voornamelijk door zijn oppositie tegen kardinaal Dubois; kardinaal Fleury riep hem in 1727 terug; in 1737 werd hij weder Kanselier, voor welke waardigheid hij in 1750 bedankte.

Hij stierf 9 Februari 1761. Zijn werken, bestaande uit pleidooien en toespraken, bes’aan 13 deelen; nieuwste uitg. Parijs 1819.

< >