Gepubliceerd op 23-02-2021

Christoph wilhelm mitscherlich

betekenis & definitie

duitsch philoloog, geb. 20 Sept. 1760 te Weissensee in Thüringen, stud. sedert 1779 te Göttingen, werd 1782 collaborator te Ilfeld, 1785 buiten-

gewoon, 1794 gewoon hoogl. te Göttingen, en nam 1833 zijn emeritaat; hij overl. 6 Jan. 1854 te Göttingen. Zijn voortreffelijkste werk is de uitgave der oden en epoden van Horatius (2 dln., Leipz. 1800—1801). Bovendien gaf hij den homerischen hymnus op Ceres (Leipz. 1787), de Scriptores erotici graeci (4 dln., Zweibrücken 1792—94), Heliodorus’ Aethiopica (2 dln., ald. 1799) en met Tychsen en Hoeren de Bïbliothek der alten Litteratur und Kunst (Göttingen 1786—91) uit.

< >