Werkwoorden vervoegen
verpauperen
Tegenwoordige tijd verpauperen
Ik verpauper
Jij verpaupert
verpauper jij?
U verpaupert
Hij/Zij/Het verpaupert
Wij verpauperen
Jullie verpauperen
Zij verpauperen
Verleden tijd van verpauperen
Ik verpauperde
Jij/U verpauperde
Hij/Zij/Het verpauperde
Wij verpauperden
Jullie verpauperden
Zij verpauperden
Voltooid deelwoord van verpauperen
verpauperd
Tegenwoordig deelwoord van verpauperen
verpauperend