Werkwoorden vervoegen
telegraferen
Tegenwoordige tijd telegraferen
Ik telegrafeer
Jij telegrafeert
telegrafeer jij?
U telegrafeert
Hij/Zij/Het telegrafeert
Wij telegraferen
Jullie telegraferen
Zij telegraferen
Verleden tijd van telegraferen
Ik telegrafeerde
Jij/U telegrafeerde
Hij/Zij/Het telegrafeerde
Wij telegrafeerden
Jullie telegrafeerden
Zij telegrafeerden
Voltooid deelwoord van telegraferen
getelegrafeerd
Tegenwoordig deelwoord van telegraferen
telegraferend