Werkwoorden vervoegen
robotiseren
Tegenwoordige tijd robotiseren
Ik robotiseer
Jij robotiseert
robotiseer jij?
U robotiseert
Hij/Zij/Het robotiseert
Wij robotiseren
Jullie robotiseren
Zij robotiseren
Verleden tijd van robotiseren
Ik robotiseerde
Jij/U robotiseerde
Hij/Zij/Het robotiseerde
Wij robotiseerden
Jullie robotiseerden
Zij robotiseerden
Voltooid deelwoord van robotiseren
gerobotiseerd
Tegenwoordig deelwoord van robotiseren
robotiserend