Werkwoorden vervoegen
resocialiseren
Tegenwoordige tijd resocialiseren
Ik resocialiseer
Jij resocialiseert
resocialiseer jij?
U resocialiseert
Hij/Zij/Het resocialiseert
Wij resocialiseren
Jullie resocialiseren
Zij resocialiseren
Verleden tijd van resocialiseren
Ik resocialiseerde
Jij/U resocialiseerde
Hij/Zij/Het resocialiseerde
Wij resocialiseerden
Jullie resocialiseerden
Zij resocialiseerden
Voltooid deelwoord van resocialiseren
geresocialiseerd
Tegenwoordig deelwoord van resocialiseren
resocialiserend