Werkwoorden vervoegen
oxygeneren
Tegenwoordige tijd oxygeneren
Ik oxygeneer
Jij oxygeneert
oxygeneer jij?
U oxygeneert
Hij/Zij/Het oxygeneert
Wij oxygeneren
Jullie oxygeneren
Zij oxygeneren
Verleden tijd van oxygeneren
Ik oxygeneerde
Jij/U oxygeneerde
Hij/Zij/Het oxygeneerde
Wij oxygeneerden
Jullie oxygeneerden
Zij oxygeneerden
Voltooid deelwoord van oxygeneren
geoxygeneerd
Tegenwoordig deelwoord van oxygeneren
oxygenerend