Werkwoorden vervoegen
opeisen
Tegenwoordige tijd opeisen
Ik eis op
Jij eist op
eis jij op?
U eist op
Hij/Zij/Het eist op
Wij eisen op
Jullie eisen op
Zij eisen op
Verleden tijd van opeisen
Ik eiste op
Jij/U eiste op
Hij/Zij/Het eiste op
Wij eisten op
Jullie eisten op
Zij eisten op
Voltooid deelwoord van opeisen
opgeëist
Tegenwoordig deelwoord van opeisen
opeisend