Werkwoorden vervoegen
inleiden
Tegenwoordige tijd inleiden
Ik leid in
Jij leidt in
leid jij in?
U leidt in
Hij/Zij/Het leidt in
Wij leiden in
Jullie leiden in
Zij leiden in
Verleden tijd van inleiden
Ik leidde in
Jij/U leidde in
Hij/Zij/Het leidde in
Wij leidden in
Jullie leidden in
Zij leidden in
Voltooid deelwoord van inleiden
ingeleid
Tegenwoordig deelwoord van inleiden
inleidend