Werkwoorden vervoegen
impacteren
Tegenwoordige tijd impacteren
Ik impacteer
Jij impacteert
impacteer jij?
U impacteert
Hij/Zij/Het impacteert
Wij impacteren
Jullie impacteren
Zij impacteren
Verleden tijd van impacteren
Ik impacteerde
Jij/U impacteerde
Hij/Zij/Het impacteerde
Wij impacteerden
Jullie impacteerden
Zij impacteerden
Voltooid deelwoord van impacteren
geïmpacteerd
Tegenwoordig deelwoord van impacteren
impacterend