Werkwoorden vervoegen
exploiteren
Tegenwoordige tijd exploiteren
Ik exploiteer
Jij exploiteert
exploiteer jij?
U exploiteert
Hij/Zij/Het exploiteert
Wij exploiteren
Jullie exploiteren
Zij exploiteren
Verleden tijd van exploiteren
Ik exploiteerde
Jij/U exploiteerde
Hij/Zij/Het exploiteerde
Wij exploiteerden
Jullie exploiteerden
Zij exploiteerden
Voltooid deelwoord van exploiteren
geëxploiteerd
Tegenwoordig deelwoord van exploiteren
exploiterend