Werkwoorden vervoegen
elektrificeren
Tegenwoordige tijd elektrificeren
Ik elektrificeer
Jij/U elektrificeert
Hij/Zij/Het elektrificeert
Wij elektrificeren
Jullie elektrificeren
Zij elektrificeren
Verleden tijd van elektrificeren
Ik elektrificeerde
Jij/U elektrificeerde
Hij/Zij/Het elektrificeerde
Wij elektrificeerden
Jullie elektrificeerden
Zij elektrificeerden
Voltooid deelwoord van elektrificeren
geëlektrificeerd
Tegenwoordig deelwoord van elektrificeren
elektrificerend