Werkwoorden vervoegen
egotrippen
Tegenwoordige tijd egotrippen
Ik egotrip
Jij egotript
egotrip jij?
U egotript
Hij/Zij/Het egotript
Wij egotrippen
Jullie egotrippen
Zij egotrippen
Verleden tijd van egotrippen
Ik egotripte
Jij/U egotripte
Hij/Zij/Het egotripte
Wij egotripten
Jullie egotripten
Zij egotripten
Voltooid deelwoord van egotrippen
geëgotript
Tegenwoordig deelwoord van egotrippen
egotrippend