Werkwoorden vervoegen
dieven
Tegenwoordige tijd dieven
Ik dief
Jij dieft
dief jij?
U dieft
Hij/Zij/Het dieft
Wij dieven
Jullie dieven
Zij dieven
Verleden tijd van dieven
Ik diefde
Jij/U diefde
Hij/Zij/Het diefde
Wij diefden
Jullie diefden
Zij diefden
Voltooid deelwoord van dieven
gediefd
Tegenwoordig deelwoord van dieven
dievend