Werkwoorden vervoegen
chanten
Tegenwoordige tijd chanten
Ik chant
Jij chant
chant jij?
U chant
Hij/Zij/Het chant
Wij chanten
Jullie chanten
Zij chanten
Verleden tijd van chanten
Ik chantte
Jij/U chantte
Hij/Zij/Het chantte
Wij chantten
Jullie chantten
Zij chantten
Voltooid deelwoord van chanten
gechant
Tegenwoordig deelwoord van chanten
chantend