Werkwoorden vervoegen
begeesteren
Tegenwoordige tijd begeesteren
Ik begeester
Jij begeestert
begeester jij?
U begeestert
Hij/Zij/Het begeestert
Wij begeesteren
Jullie begeesteren
Zij begeesteren
Verleden tijd van begeesteren
Ik begeesterde
Jij/U begeesterde
Hij/Zij/Het begeesterde
Wij begeesterden
Jullie begeesterden
Zij begeesterden
Voltooid deelwoord van begeesteren
begeesterd
Tegenwoordig deelwoord van begeesteren
begeesterend