Werkwoorden vervoegen
atomiseren
Tegenwoordige tijd atomiseren
Ik atomiseer
Jij atomiseert
atomiseer jij?
U atomiseert
Hij/Zij/Het atomiseert
Wij atomiseren
Jullie atomiseren
Zij atomiseren
Verleden tijd van atomiseren
Ik atomiseerde
Jij/U atomiseerde
Hij/Zij/Het atomiseerde
Wij atomiseerden
Jullie atomiseerden
Zij atomiseerden
Voltooid deelwoord van atomiseren
geatomiseerd
Tegenwoordig deelwoord van atomiseren
atomiserend