Werkwoorden vervoegen
antedateren
Tegenwoordige tijd antedateren
Ik antedateer
Jij antedateert
antedateer jij?
U antedateert
Hij/Zij/Het antedateert
Wij antedateren
Jullie antedateren
Zij antedateren
Verleden tijd van antedateren
Ik antedateerde
Jij/U antedateerde
Hij/Zij/Het antedateerde
Wij antedateerden
Jullie antedateerden
Zij antedateerden
Voltooid deelwoord van antedateren
geantedateerd
Tegenwoordig deelwoord van antedateren
antedaterend