Wanneer iemand overlijdt, laat men een erfenis achter aan de nabestaanden. Dit betreft alle bezittingen, maar ook alle schulden van de overledene. Over de som van de bezittingen en schulden dient men erfbelasting te betalen. Men betaalt over het algemeen slechts erfbelasting over een bepaald deel van de totale erfenis.
Bij het overlijden van iemand wordt vaak een erfenis achter gelaten aan de nabestaanden. In Nederland dient men over deze plotselinge inkomsten belasting te betalen. De hoogte van deze belasting hangt samen met de relatie die men had met de overledene. Partners, ouders, kinderen of kleinkinderen van de overledene betalen vaak minder belasting dan overige erfgenamen. Daarnaast is het bedrag dat wordt vrijgesteld van belasting voor deze personen een stuk hoger. In Nederland betaald men bijvoorbeeld als partner of als kind over de meeste erfenissen tien procent, terwijl overige erfgenamen voor hetzelfde bedrag 30 procent betalen. Daarnaast heeft men als partner een vrijstelling tot 636.180 euro. Dit bedrag is voor andere erfgenamen aanzienlijk lager.
Men dient in het geval van een erfenis zelf de aangifte voor de belasting te doen. Hiermee mag men de schulden van de overledene aftrekken van de bezittingen. Onder deze schulden vallen bijvoorbeeld ook de kosten die men maakt bij een begrafenis of crematie. In bepaalde gevallen kan de erfbelasting op een andere manier betalen. Indien de overleden een waardevol kunstvoorwerp of meubel achter laat, kan men een deel van de erfbelasting hiermee aflossen. Het betreffende voorwerp komt in dat geval in bezit van de overheid.
In Nederland is de erfbelasting voor velen een punt van discussie. Sommige mensen vinden het onredelijk dat ze een deel van de bezittingen van een dierbare zo maar moeten overdragen. Anderen zijn van mening dat zonder erfbelasting, geld altijd binnen dezelfde families zal blijven.
