Atreus & Thyestes waren de zonen van Pelops, koning van Pisa in Elis, en Hippodameia; kleinzonen van Tantalos. De broers werden door Pelops vervloekt en verbannen nadat ze zijn geliefde zoon en hun halfbroer Chrysippos hadden vermoord. Ze vonden een toevlucht aan het hof te Mykene bij Sthenelos. De broers werd het gezag over een deel van het koninkrijk, Midea, toevertrouwd.
Als de troon van Mykene vacant raakt, wen-den de Mykeners, die van een orakel de raad hebben gekregen een zoon van Pelops tot koning te nemen, zich tot de broers, die elkaar daarop het koningschap betwisten. De eerste slag is voor Thyestes. Atreus had ooit de belofte gedaan ieder jaar het mooiste exemplaar van zijn kudde aan Artemis te offeren. Maar toen hij eens in zijn kudde een schaap met een gouden vacht (een gulden vlies) aantrof, verborg hij dit in een kist. Het vlies werd door zijn vrouw, Airope, heimelijk doorgespeeld aan haar zwager én minnaar, Thyestes. Wanneer deze de Mykeners voorstelt diegene tot koning te nemen die een gulden vlies kan tonen, aanvaardt Atreus vol vertrouwen dit voorstel. Hij moet dan aanzien dat Thyestes het gulden vlies tevoorschijn haalt en tot koning wordt gekozen.
Nadien fluistert Hermes namens Zeus Atreus in, Thyestes het voorstel te doen dat het koningschap definitief aan hem, Atreus, zal toevallen als de zon van baan verandert. Nu is het Thyestes die vol vertrouwen het voorstel aanvaardt. De zon gaat dan onder in het oosten, en Thyestes verliest zijn koningschap en wordt door Atreus verbannen.
Als Atreus later hoort van de intrige van Airope en Thyestes, zoekt hij een verdergaande wraak. Hij wendt voor zich te willen verzoenen met Thyestes en doet hem aanzitten aan een banket. Maar hij heeft voordien de drie zonen van Thy-estes, ofschoon dezen bescherming hadden gezocht bij een altaar van Zeus, gevangengenomen. Hij heeft hen laten ombrengen, in stukken hakken en koken – en in deze vorm worden ze geserveerd aan Thyestes. Na afloop van de maaltijd krijgt Thyestes te horen waaruit zijn maaltijd heeft bestaan, dan wordt hij opnieuw verjaagd en verbannen naar Sikyon, waar hij tot zijn dood blijft.
Thyestes leeft daar op advies van een orakel in een incestueuze verhouding met zijn dochter Pelopeia, die Aigisthos ter wereld brengt. Deze Aigisthos zal als jongeman zijn oom Atreus ombrengen, de vader van Agamemnon en Menelaos, de ‘Atriden’; later vermoordt hij ook Agamemnon.
De met misdaden doorspekte vete tussen de twee broers, telgen uit het door bloedwraak en vervloekingen getroffen geslacht van Tantalos, de Tantaliden, hetgeen nog zal doorwerken in de lotgevallen van Aigisthos, Agamemnon, Orestes, Iphigeneia en Elektra, is onderwerp geweest van tal van verloren gegane tragedies, onder meer van Sophokles, Euripides en Ennius. Aan hetgeen zich tussen de twee broers heeft afgespeeld, wordt gerefereerd door Aischylos in Agamemnon en Euripides in Orestes. Voor het relaas van de verwekking van Aigisthos en diens lotgevallen zijn we aangewezen op Apollodoros en Hyginus.
Bewaard gebleven is het drama Thyestes van Seneca. Net zoals zijn andere tragedies kreeg ook dit stuk veel waardering en werd het van de 16e tot in de 19e eeuw vertaald en bewerkt. Vrijwel alle toneelschrijvers die verhalen van de vete tot en met de gruwelijke maaltijd die Atreus aanThyestes voorzet, zijn schatplichtig aan Seneca: Dolce 1553, Newton 1581, Crowne 1680, Crébillon 1707, Voltaire 1772 en Foscolo 1796, in de 20e eeuw Artaud (Le supplice de Tantale 1933, verloren gegaan) en Claus 1966.
De voortzetting van het verhaal, de wraak van Aigisthos op Atreus, is na de oudheid behandeld door o.a. Pellegrin 1710, Weisse 1767 en diens bewerker Bodmer 1768.
In de oudheid noch daarna heeft de legende van Atreus en Thyestes noemenswaardige neerslag gevonden in de beeldende kunst. Het zogenaamde masker van Atreus uit de 16e eeuw v.C., door Schliemann in 1876 in een graf in Mykene gevonden, draagt deze naam zonder reden.