meerv. venae (Lat.), ader. Venae absorbéntes (Lat., opslorpend), lymphvaten.
V. alveolaris inf., sup., de ader voor de tandkassen van onder- en bovenkaak. V. amóris (Lat., ader der liefde), de vena die volgens middeleeuws geloof de vierde vinger van de linkerhand verbond met het hart. V. anastomótica magna cérebri (vgl. Anastomosis), = V. cerebri magna. V. angularis, ader van de ooghoek naar de V. facialis ant. V. a n g u I i oris, ader van de mondhoek naar de V. facialis.
V. anónyma Svojza, ook Svu[ta, naam), ongenoemde ader; uit de venae jugulares en de V. subclavia naar de V. cava sup. Venae arciformes (arcus, boog) renum, boogvormige aderen aan de bases der nierpyramiden. V. arteriósa, de ader met slagaderlijk bloed. = V. pulmonalis. V. arteriósa Soemmeringi, = V. portae. Venae articuléres, aderen in de omgeving van verschillende gewrichten. Venae ascendéntes (Lat., opstijgend) Rosenthal, = venae cerebri inf.
Venae ascendéntes Weber, = sinus vertébrales longitudinales. Venae auditivae interna e, aderen van de inwendige gehoorgang. Venae auriculâres anteriores, inferiores, superiores, takken der V. facialis post. aan de oorschelp. V. auriculâris posterior, tak van de V. jugularis ext. achter het oor. V. axillaris, okselader. V. azygos, ongepaarde ader, opstijgende uit de venae lumbales dextrae, rechts van de ruggegraat.
V. azygos cerebélli posterior = V. cerebelli inferior. V. azygos sinistra, = V. hemiazygos. V. basal is Rosenthali, uit de venae cerebri internae naar de V. cerebri magna. V. basiUris cérebri, langs de substantia perforata anterior. V. basilica, ader aan de handpalmzijde van de onderarm naar de V. brachialis medialis. V enae basivertebrâles, aderen der wervellichamen.
Venae brachiales, de armaderen, naar de V. axillaris. Venae brachiiles su perficiales, de oppervlakkige huidaderen van de arm. V. brachiocephalica, = V. anonyma. Venae bronchiales anteriores, posteriores, voorste, achterste aderen der longpijpen. Venae buccales (bucca, wang), van de muse, buccinator naar de V. facialis anterior.V.buccinatória, van de plexus pterygoideus naar de V. facialis ant. Venae bulbo-urethrâles, aderen nabij de bulbus urethrae. Venae calcâneae, van de hielstreek naar de V. saphena parva. Vena canallculi cochleae, ader langs de canaliculus van het slakkenhuis. Venae canélis pterygoldei Vidii, aderen van de canalis pterygoideus. Venae capsulâres hépatis, aderen van het omhulsel der lever. Venae cardlacae, = venae cordis. Venae cardinales (cardo, scharnier, „iets waar een zaak om draait”, hoofdzaak), aderen bij de foetus aan weerszijden van de ruggegraat. V. cardinâlis brachii van Bardeleben, hoofdader van de arm, het onderarmstuk der V. cephalica. V. carpea (vgl. Carpus) communicans dorsalis, takje tussen de ader, welke tussen het 3e en 4e middelhandsbeen loopt, en het aderlijk net van de handwortel. V. caudalis (cauda, staart), = V. sacralis media. V.cava inferior s. ascéndens, onderste opstijgende holle ader. V. cava superior s. descéndens, bovenste, neerdalende holle ader. V. cava superior sinistra, linker bovenste holle ader bij de vrucht. Venae cavernósae bulbi uréthrae, clitóridis, penis, aderen van de sponsachtige lichamen van de bulbus urethrae, de kittelaar, het mannelijk lid. V. centralis glandulae suprarenalis, centrale ader van de bijnier. Venae centrales hépatis, fijne aderen binnen inde leverkwabjes. V. centralis rétinae, netvliesader. V. cephalica, tak uit het adernet der venae brachiales naar de V. axillaris, die vroeger gelaten werd bij ziekten van het hoofd. V. cephalica accessória, takje der V. cephalica op de rug der hand. V. cephalica póllicis, het begin der V. cephalica aan de duim. Venae cerebélli inferiores, onderste aderen der kleine hersenen; aderen van de onderzijde der kleine hersenen naar de sinus petrosi. Venae cerebélli superiores, bovenste aderen der kleine hersenen; van de bovenzijde der kleine hersenen naar de sinus rectus en de sinus transversi. V. cerebrélis magna, = V. cerebri magna. Venaecerebralessuperiores, = venae cerebri superiores. V. cerebri adscéndens s. anterior, = V.basalis. Venae cérebri inferiores, onderste hersenaderen; van de grote hersenen naar de sinus cavernosi, intercavernosi, petrosi superiores en transversi. Venae cérebri internae, inwendige hersenaderen, die het bloed uit het binnenste der hersenen terugvoeren. V. cérebri magna, grote hersenader; van de venae cerebri internae naar de sinus rectus. V. cérebri media, middelste hersenader; uit de rechter en linker V. cerebri int. naar de sinus cavernosus en sphenoparietalis. Venae cérebri superiores, bovenste hersenaderen; uit de oppervlakte der grote hersenen. V. cervicalis profunda, diepe halsader, uit de uitwendige adervlechten der wervels naar de V. anonyma. V. chorioidea, ader uit de plexus chorioideus. Venaeciliaresanteriores et posteriores, voorste en achterste ciliaire aderen (vgl. Corpus ciliare), naar de V. ophthalmica sup. Venae circumfléxae clitóridis, omgebogen aderen van de kittelaar. Venae circumfléxae fémoris laterales et mediales, kringader aan de buiten- en binnenzijde van de dij. V. circumfléxa Ilium profunda et superficialis, diepe en oppervlakkige omgebogen heupader; resp. naar de V. iliaca ext. en de V. saphena magna. Venae circumfléxae penis, omgebogen uitwendige aderen van het mannelijk lid. Venae cólica dextra etcólica media et sinistra, rechter, middelste en linker aderen van de karteldarm. Venae colümnae vertebralis, adervlechten der wervels. V. cómitans (Lat., begeleidend) nervi hypog lóssi, takje van de V. lingualis. Venae comitantes, de aderen, die naast gelijknamige slagaderen lopen. V. communicans (Lat., een vereniging tot stand brengend), verbindingsader; bijv. V. C. cephalica póllicis, tussen de V. cephalica póllicis en V. radialis; V. C. hépatis, = de poortader; V. C. magna cérebri, = V. ophthalmo-meningea;V. C.obturatória, tussen V. dorsalis penis en V. obturatoria; V. C. ulnaris, tussen V. basilica en de arcus volaris profundus. Venae conarii (conus, kegel, dennekegel), aderen der glandula pinealis. Venae conjunctivales anteriores et posteriores, voorste en achterste aderen van het oogbindviies. V. cordis magna, grote hartader = V. coronaria magna. V. cordis parva, = V. coronaria dextra. V. coronaria cordis magna, grote kransader. V. coronaria cordis sinistra, = linker kransader, sinus coronarius en V. cordis. Venae coronariae cordis minóres s. parvae, kleine kransaderen. V. coronaria labii inferioris et superioris, = V. labialis inf. et sup. V. coronaria uteri, ringvormige ader (tijdens de zwangerschap) rondom de inwendige baarmoedermond. V. coronariaventriculi dextraet inferior, rechter en onderste kransader van de maag. Venae córporis cal lósi, aderen van het corpus callosum naar de sinus sagittalis inf. en de V. cerebri magna. Venae córporis pinealis, = venae conarii. V. córporis striati, = V. terminalis. Venae costales, = venae intercostales. Venae costo-axillares, huidaderen van het bovengedeelte van de borstkas. V. cruralis, = V. femoralis. Venaecutaneae, huidaderen. V. cýstica, galblaas-ader. V. diaphragmaticapedis, gemeenschappelijke aderen der tenen. Venae digitales dorsal es manus, pedis, aderen op de rug der vingers, tenen. Venae digitales plantares, aderen aan de onderzijde der tenen. Venae digitales volares communes própriae, gemeenschappelijke en eigen aderen der vingers aan de handpalmzijde. Venae diplóicae of diploéticae, aderen in de diploë (zie ald.) der schedelbeenderen. Venae dorsales, rugtakken der tussenribsaderen. V. dorsalis clitóridis, ader aan de rugzijde van de kittelaar. Venae dorsaleslinguae, aderen van de tongrug. V. dorsales pedis externa, interna, buitenste, binnenste rugader van de voet (4e en 1e V. metatarsea dorsalis). V. dorsalis penis profunda, diep liggende rugader van het mannelijk lid. Venae dorsales penis superficiales, oppervlakkig liggende rugaderen van het mannelijk lid. Venae dorsi nasi superiores, bovenste aderen van de neusrug. Venae dorsi spinales, uitwendige adervlechten aan de achterzijde der ruggewervels. Venae dorsocostiles, = venae intercostales. Venae duodenales, aderen van de twaalfvingerige darm. Venae durae matris, = venae meningea. V. e missar ia, zie Emissaria. Venae epi d i d^m i cae, aderen van de bijbal. V. epigastrica inferior, superficialis, superior, onderste, oppervlakkige en bovenste ader van de buikbekleding (vgl. Epigastrium). Venae episcleréles, de aderen van de lederhuid van het oog. V. ethmoidal is ant. et post., voorste en achterste zeefbeenader. V. facialis anterior, voorste aangezichtsader. V. facialis communis, gemeenschappelijke (uit V. f. anterior en posterior gevormde) aangezichtsader. V. facialis posterior, achterste aangezichtsader. V. facialis profunda, diep liggende aangezichtsader. V. femoralis, dijader = V. cruralis. V.fémoris poplitéa, ader uit de kniekuil naar de V. saphena parva. Venae fibulares, = venae peronaeae. V. frontalis, voorhoofdsader. V. G a I e n i, = V. cerebri magna. V. gästrica, = V. coronaria ventriculi. Venae gastricae breves, korte maagaderen aan de fundus ventriculi. Venae gastrocnémicae, kuitaderen; vgl. Muse, gastrocnemius. V. gastrocólica, ader van de maag en de karteldarm. V. gastroepiplóica dextra, sinistra, rechter, linker ader van de maag en het epiploon (zie ald.). V. gastrolienalis, = V. lienalis. Venae glandulósae, = venae submaxillares. Venae glutaeae inferiores, superiores; onderste, bovenste biladeren.Venae haemorrhoidiles inferiores, onderste aderen van de endeldarm. V. haemorrhoidalis media, superior (vgl. Haemorrhoides), middelste,
bovenste ader van de endeldarm. V. hemiazygos, halfongepaarde ader, uit de V. lumbalis ascendens naar de V. azygos. Venae hepaticae, leveraderen. Venae hepaticae advehéntes (Lat., toevoerend) et revehéntes (Lat., terug voerend), takken van de venae umbilicales naar de lever bij de foetus, en foetale venae hepaticae. V. hypogâstrica (vgl. Hypogastrium), bekkenader, uit de aderen der organen van en om het bekken.
V. Ileocólica, ader van de kronkel- en karteldarm. V. iliaca communis, gemeenschappelijke heupader, gevormd door de V. hypogastrica. V. iliaca interna en V. iliaca externa, in- en uitwendige heupader. Venae iliolumbales, takken der V. hypogastrica. Venae inguinales, lies-aderen.
V. innominâta, = V. anonyma dextra. Venae intercapitulares manuset pedis, aderen tussen de hoofdjes der middelhands- en middelvoetsbeentjes. Venae intercostales, tussenribsaderen; naar de V. azygos. V. intercostalis supréma, bovenste tussenribsader; naar de V. anonyma. Venae interlobares renis, aderen tussen de nierlobben. Venae interlobares hépatis, renis, aderen tussen de kwabjes der lever, der nier.
Venae interósseae brâchii s. communes, = venae brachiales. Venae interósseae metacârpeae, = venae metacarpeae. V. interventricularis posterior, = V. cordis media. Venae intervertébrales, tussenwerveladeren, door de foramina intervertebralia en het foramen sacrale anterius. Venae intestinales, aderen der ingewanden. Venae intralobulares, = venae centrales hepatis.
V. iracundia (Lat., van de toorn), voorhoofdsader = V. frontalis. Venae ischiâdicae, = venae glutaeae inferiores. Venae jejuno-fleae, = venae intestinales. V. jugulâris anterior, voorste strotader. V. jugulâris anterior horizontal is, = arcus venosus j ug u i i (zie ald.). V. jugularis communis, externa, interna, gemeenschappelijke, uitwendige, inwendige strotader.
Venae jugulares posteriores, achterste, uitwendige adervlechten der wervels. V. labiâlis inferior, ader der onderlip. Venae labiales anteriores, posteriores, voorste, achterste aderen der schaamlippen. V. labiâlis superior, ader der bovenlip. V. lacrimalis, traanader, naar de V. ophthalmica sup. V. laryngea inferior, superior, onderste, bovenste strottenhoofdader.
V. lienalis, miltader. V. linguâlis, tongader. Venae lumbales, lendenaderen. V. lumbalis adscéndens, = V. azygos. V. magna cordis, = V. cordis magna. V. magna Galeni, = V.
Galeni. Venae malleolares, enkeladeren. Venae mammariae externae, = venae costo-axillares. V. mammiria interna dextra et sinistra, rechter en linker borstklier-ader. Venae massetéricae, kauwspieraderen; takken der V. maxillaris externa, = V. facialis anterior. V. maxillaris interna, inwendige kaakader, naar de V. facialis post.
V. maxillaris interna anterior, diepe tak naar de V. maxillaris ant. V. mediana antebrachii, ader, gevormd uit de huidaderen van de handrug, die zieh in V. basilica en V. cephalica (V. mediana basilica et cephalica) verdeelt. V. mediana colli, middenader van de hals, naar de V. jugularis ext. V. mediana communis s. cubiti, verbinding tussen de V. mediana basilica en cephalica en de diep liggende aderen van de onderarm. V. mediana medulla spinalis anterior, ader langs de art. spinalis anterior. Venae medianae medulla spinalis posteriores, = venae spinales externae posteriores.
Venae mediastinalis anteriores, posteriores, voorste, achterste aderen van het mediastinum. Venae medulla spinalis, uitwendige aderen van het ruggemerg. Venae medullares, mergaderen; takken der hersenaderen. Venae meningeae, hersenvliesaderen = venae durae matris. Venae mentales, kinaderen. V. mesaréica, = V. mesentérica magna s. superior, grote, bovenste ader van het darmscheil.
V. mesentérica minor, s. inferior, kleine, onderste ader van het darmscheil. Venae metaeärpeae dorsales, volares, aderen aan de rug- en palmzijde der middelhand.V. metaeärpea ulnaris, ader tussen het 4e en 5e middelhandsbeen, naar de V. basilica. Venae metatarseae dorsales, plantares, aderen aan de boven- en onderkant van de voet. Venae musculires, spiertakken der aderen. Venae nasales externae, uitwendige neusaderen. V. nasalis posterior, achterste neusader, langs de art. spheno-palatina.
Venae nutriciae óssi urn, voedende aderen der beenderen, langs de arteriae nutriciae. V. obliqua äarii sinistri, schuine ader van de linker boezem van het hart. Venae obturatoriae, aderen van het foramen obturatorium (zie ald.) V. occipitalis, achterhoofdsader. Venaeoesophagéae, slokdarm-aderen. V. ómphalo-mesentérica dextra et sinistra, rechter en linker ader van de navel naar de buikholte bij de foetus. V. ophthalmica superior, inferior, bovenste, onderste oogader.
V. ophthalmo-meningea, een der onderste hersenaderen, die de aderen der grote hersenen met die der oogholte verbindt; syn. V. communicans magna cerebri. V. ovarica, eierstok-ader. Venae palatinae, gehemelte-aderen. Venae palpebrales inferiores, superiores, aderen van het onder- en bovenooglid. Venae pancreaticae, aderen van de buikspeekselklier.
Venae pancreitico-duodenales, aderen van de buikspeekselklier en de twaalfvingerige darm. V. papillaris inf. et sup., aderstammetjes van de papilla nervi optici. V. parietal is Santorini, een emissarium in het wandbeen. Venae parotideaeanteriores.posteriores, voorste en achterste aderen der oorspeekselklier. Venae parumbiIicales Sappey, aderen van de navel naar de lever en de poortader. Venae perforantes fémoris, doorborende aderen van de dij, takken van de venae profundae femoris uit de V. iliaca externa.
Venae pericardlacae, aderen van het hartzakje.V enaeperonéae, aderen van het kuitbeen; syn. venae fibulares. Venae pharyngeae, aderen der keelholte. Vena phrénica inferior, onderste middenrif-ader. Venae phrénicae superiores, bovenste middenrifaderen. Venae plantares, = venae metatarseae et digitales plantares. V. poplitéa, ader van de kniekuil.
V. portae poortader. V. praeparata, = V. frontalis. Venae profündae brachii, = venae brachiales. Venae profundae clitóridis, diep liggende aderen van de kittelaar. Venae profunda cruris, = venae tibiales. Venae profunda fémoris, diep liggende aderen van de dij.
V. profünda linguae, = V. lingualis. Venae profunda penis, diep liggende aderen van het mannelijk lid. V. pübica, schaamader, anastomose van de V. obturatoria met de V. epigastrica inf. Venae pudéndae externae, uitwendigeschaamaderen. V. pudenda interna s. communis, inwendige schaamader. Venae pulmonales, longaderen.
V. pylórica, = V. coronaria ventriculi. Venae radiates, spaakbeenaderen. V. radial is superficialis. = V. mediana antebrachii. V. ranina (vgl. Ranula), een deel der V. lingualis, in het tongvlees. V. refléxa, = V. basalis.
Venae renales, nieraderen. V. Rolandi, in de Sulcus Rolandi. V. sacci lacrimalis, ader van de traanzak. Venae sacrales laterales, zijdelingse heiligbeenaderen. V. sacrâlismédia s. eau dal is, middelste heiligbeenader.
V. salvatélla, de vierde middelhandsader (V. metacarpea quarta). V. saphéna accessória (zie Saphena; accessorius, bijkomend), een tak derV. saphéna magna, de grote huidader der dij. V. sap hé na, minors, parva, kleine huidader der dij, rozenader. Venae satéllites arteriarum (satélles, gen. satéllitis, begeleider), = venae comitantes. Venae scrotales anteriores, posteriores, voorste, achterste aderen van de balzak. V. septi pellucidi, ader van het septum pellucidum (zie ald.).
Venae sigmoldeae, halvemaan-aderen, uit de V. mesenterica inf. V. spermâtica ext., int., uiten inwendige zaadader, in de zaadstreng. V. spheno-palatlna, naast de gelijknamige slagader. Venae spinales (zonder meer), inwendige adervlechten der wervels. Venae spinales externae anteriores, externae posteriores, internae anteriores, internae posteriores, ruggemergsaderen, uitwendige en inwendige, aan de vóór- en achterzijde. V. spinalis própria anterior, = V. spinalis ext. ant. naast de gelijknamige slagader.
V. spiralis modioli, ader in het kanaal van het slakkenhuis. V. splénica, = V. lienalis. Venae stellatae (stella, ster), stervormig gerangschikte adertjes op de buitenzijde der nieren; syn. stellulae Verheijeni. V. Stenoni, = venae vorticosae. V. s t e r n o-c leid o-m a s t o i d e a, langs de gelijknamige slagader.
V. stylomastoidea, ader van het tepel- en stijlvormig uitsteeksel. V. subclavia, ondersleutelbeenader. Venae subconjunctivales, = venae episclerales. Venae subcutâneae, = venae cutaneae. V. sublingualis, ondertongader. Venae submaxi lia res, aderen uit de gelijknamige klier.
V. submentâlis, ader onder de kin, naar de V. facialis. Venae subscapulares, onderschouderbladaderen. V. subvertebralis lateralis, = V. vertebralis inf. V. s u b ve r t e b r a I i s mediana, V. cava sup. sinistra (zie ald.). V. sulci centralis, gedeelte der V. cerebri sup. in de sulcus centralis. Venaesuperficiâles brachii, oppervlakkige aderen van de arm.
V. superficialis colli horizontalis, arcus venosus juguli. V. superficialis colli verticalis, = V. jugularis anterior. V. supraorbitalis, ader boven de oogkuil. Venae suprarénales, bijnieraderen. V. s u p r a s c a p u l a r i s, = V. transversa colli. V. surdis, mondt uit in de V.
poplitea. V. temporalis communis, media, gemeenschappelijke, middelste slaapader. Venae temporales profunda, superficiales, diep, oppervlakkig liggende slaapaderen. V. témporo-maxiIliris, = V. temporalis communis. V. terminal is, langs de stria terminalis in de hersenen. V. testicularis, balzakader.
VenaeThebesii, = venae cordis minimae. V. thoracalis lateralis s. thoracica longa, lange ader aan de zijde van de borstkas. V. thóraco-acromidlis, borstschoudertop-ader, naar de V. subclavia. Venae thóraco-epigéstricae, van de buikwand naar de V. axillaris. Venae thymicae, aderen van de thymusklier. V. thyreoldeaima, impar, lateralis et media, de alleronderste, ongepaarde, de zijdelingse en de middelste ader van de schildklier.
Venae thyreoldeae inferiores, superiores, onderste, bovenste aderen van de schildklier. Venae tibiéles anteriores, posteriores, voorste, achterste aderen van het scheenbeen. Venae tracheéies, luchtpijpaderen. Venae transvérsae colli, dwarse halsaderen. V. transvérsa faciéi, dwarse aangezichtsader. V. transvérsa seäpulae, dwarse schouderbladader.
Venae transvérsae perinaei, dwarse aderen van de bilnaad.V. transversalis cérvicis ant., V. superficialis colli horizontalis. Venae tympanica, aderen der trommelholte. Venae ulnares, elleboogaderen. V. umbilicalis, navelader. Venae uterinae, baarmoederaderen. Venae vaginales, schedeaderen.
Venae vertebrales, werveladeren, uitwendige adervlechten der wervels. V. vertebralis (zonder meer), ader van het wervelkanaal, begeleidt de art. vertebralis. V. vertebralis communis, stam van de V. vertebralis en de ader naast de art. cervicalis adscendens profunda. V. vertebralis externa, = V. cervicalis profunda. V. vertebralis externa ant., stam der V. vertebralis en V. vertebralis ant. Venae vértebro-costéIes, = venae intercostales.
V. Vesalii, tussen de plexus pterygoideus en de sinus cavernosus. Venae vestibulares, aderen in het vestibulum van het inwendige oor. Venae vorticosae (vortex, gen. vorticis, draaikolk), takken der V. ophthalmica sup. in de tunica vasculosa van het oog. Venae zygomatica, jukbeenaderen
