(verkleinw. van varus, knobbel), pokken; Eng., smallpox, Fr., petite vérole.
V.abortiva, onvolkomen ontwikkelde pokken, zonder ettering in de blaasjes.
V.acutissima, zeer snel met de dood eindigende pokken. V. bovina (Lat., bos, rund), koepokken = V. vaccina. V. cónfluens (Lat., samenvloeiend), hevige vorm, waarbij de blaasjes tot uitgebreide etterblazen ineenlopen. V. equlna, paardenpokken. V. haemorrhagica pustulósa, bloedige „zwarte” pokken, waarbij de blaasjes zich met bloed vullen (Purpura variolosa: bloedingen in de huid, vóórdat de pokken opkomen; vgl. Purpura). V. humana, mensenpokken. V. Ie vis, lichte pokken. V. miliaris (vgl. Miliaria), — V. abortiva. V. mitigata (Lat., verzacht), goedaardige pokken; syn. variolois; zie ald. V. nigra, zwarte pokken; syn. V. haemorrhagica. V. ovina, schapenpokken. V. s i l i q u a r i s (s i I i q u a, peul), met lucht gevulde pokken (na opslorping van de vloeibare inhoud). V. sine exanthémate, pokken zonder werkelijke pokkenuitslag; alleen met koorts en soms „rash” (zie ald). V. vaccina, koepokken. V. vera, echte pokken. Zie verder de synonymen van varicella.
