(Lat.), schurft. S. crustósa s. norvégica s.
Boecki, korstenschurft of Noorse schurft, door Boeck en Danielsen het eerst bij lijders aan spedalskhed (zie ald.) waargenomen; het is gewone schurft, waarbij het tot vorming van korsten komt, doordat de lepralijders door de ongevoeligheid van hun huid zich niet krabben. S. sicca papulósa, = prurigo (zie ald.).