maagontsteking, maagcatarrh. G.áâcida (jaworski en Glucinski) s. hyperpéptica (Hayem), G. met overmatig zuurgehalte van het maagsap.
G. an âcida, G. met gebrek aan zuur, voorloper van G. atróphicans, waarbij het slijmvlies verschrompelt. G. exfoliativa, chronische G., met afstoting van gedeelten van het slijmvlies (vgl. Exfoliatio). G. diphthérica s. pseudomembranácea, G. bij diphtherie, waarbij zich pseudomembranen (zie ald.) vormen. G. phlegmonósa s. submucósa s. purulénta, etterige ontsteking van de maagwand.
