Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 26-06-2020

Exsuditio, exsuditum

betekenis & definitie

(Lat.), uitzweting, het uitgezwete, hetgeen bij ontsteking uit de bloedvaten naar buiten komt. Men onderscheidt onder de exsudata (exsudaten),

1e naar hun zetel;
1. vrije, op de vrije oppervlakte van het lichaam of binnen zijn natuurlijke holten.
2. interstitiële (geïnfiltreerde), tussen de weefsels en weefseldelen, welke daardoor òf uit elkander worden gedrongen, òf verwoest.
3. parenchymateuse, in de weefseldelen zelf, vooral in de epithelium- en kliercellen. 2e naar hun voorkomen:
l.sereuse (weiachtig) van de geaardheid der bloedwei (is het exsudaat rijker aan eiwit, dan heet het albumineus, eiwitachtig).
2. sIijmachtige.
3. fibrineuse (vezelstofachtige), die vast zijn, met hier en daar weiachtige vloeistof in ruimten tussen de vezels,
4. sereus-fibrineuse, metvezelstofvlokken, drijvende in de weiachtige vloeistof.
5. fibrineus-etterige, als bovendien etter in de vloeistof gemengd is.
6. purulente (etterige) en, naar verdere bijmengselen sereus-etterige en slijmerig-etterige.
7. haemorrhagische (bloedige), als rode bloedlichaampjes of bloedkleurstof gemengd zijn met een der genoemde exsudaten.
8. ichoreuse, rottig exsudaat, als het exsudaat is gaan rotten.

< >