Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 25-06-2020

Cállus

betekenis & definitie

(Lat., eelt), de gezwollen beenmassa, die op de plaats ontstaat, waar een beenbreuk geneest. Men onderscheidt een uitwendige of periostale callus, die een soort omhulsel van de breukplaats vormt, een inwendige, myelogene, door toedoen van het merg ontstaande callus, en een intermediaire callus, die door het vaatweefsel der beenderen wordt gevormd.

In de tussenstof van het aldus gevormde weefsel zet zich kalk af, waardoor vaste beenstof, de definitieve callus, ontstaat. C. luxúrians (Lat. iuxurio, weelderig zijn) overdadige callusvorming. C. s y p h i I i t i c u s, zie Clavus syphiliticus.

< >