verwijding van een bronchus, hetzij over een zekere lengte (spoel- of rolvormig) of op een bepaalde plek (zakvormig), hetzij ten gevolge van schrompeling van het omgevende longweefsel, waardoor de wand van de bronchus naar buiten wordt getrokken, hetzij door de sterkere „trekking” van de inademing, als de bronchus tegen verdichte en onbeweeglijke gedeelten stoot, alsook bij verminderde weerstand van de wanden der bronchi. Wordt de wand der verwijding door verzwering verwoest, dan ontstaat de bronchiectatische caverne (Rindfleisch); vgl.
Caverne, Ectasie.