Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 25-06-2020

Arthrocacé

betekenis & definitie

caries (uitvreting) van een gewricht, gevolg van synovitis en ostitis fungosa (tuberculosa); syn. caries fungosa artuum; naar gelang van het aangedane gewricht spreekt men van cox-, gon-, om- en spondylarthrocacé (heup-, knie-, schouder- en wervelgewrichtscaries); zie ook Olecranarthrocace.

< >