Definities van Typisch Vlaams woordenboek in de Ensie K
- kaai
- kaak
- kaakslag
- kaarting
- kabas
- kabbelen
- kabinet
- kader
- kaderen in
- kadreren
- kajotter
- kaka doen
- kakenestje
- kalisse
- kalmeermiddel
- kamelot
- kampernoelie
- kanarievogel
- kansarmoede
- kantelpoort
- kap
- kapblok
- kapitein ter lange omvaart
- kapoen
- karakterieel
- karamel
- karbonade
- karottentrekker
- kasbon
- kasseien
- kasseilegger
- kasseiweg
- kasserol
- kassierster
- kastanjelaar
- kasticket
- kattin
- kazakdraaier
- keerborstel
- keikop
- keinijg
- keitof
- kelderen
- kemel
- kennis hebben met
- kenwijsje
- kepie
- kerkfabriek
- kerktorenmentaliteit
- kermiskoers
- kerselaar
- kerstekind
- kerststronk
- ketje
- keukenhanddoek
- keukenrobot
- kickeren
- kieken
- kiekendraad
- kiekenkot
- kiesbrief
- kiescampagne
- kiesomschrijving
- kiesstrijd
- kiezing
- kijkwoning
- kinderbed
- kinderen opbrengen
- kinderen toegelaten
- kindergeld
- kinderkoets
- kinderkribbe
- kinderpark
- kindertuin
- kine
- kinesist
- kinesitherapeut
- kinesitherapie
- kipkap
- kippenbil
- kippenvlees
- klad
- klankband
- klankman
- klappen
- klasagenda
- klasbak
- klastitularis
- kledij
- kleed
- kleine garnaal
- klepper
- kleren aanspelen
- kleren uitspelen
- kletskop
- kleutertuin
- kleven
- klierkoorts
- klinkt het niet, dan botst het
- klissen