(Fr.: chronomètre; Du.: Chronometer; Eng.: chronometer, timekeeper), in het algemeen elk instrument om de tijd te meten; in het spraakgebruik een zeer nauwkeurig lopend uurwerk en soms ook een horloge met centrale secondewijzer(s) voor het meten van korte tijdintervallen bij o.a. sportwedstrijden; hiervoor verdienen echter de termen stopwatch of stophorloge de voorkeur.
Instanties als de FH (Fédération Suisse des Associations de Fabricants d’horlogerie) definiëren de chronometer als een horloge dat een gangbulletin gekregen heeft, d.w.z. een certificaat van een observatorium of een officieel controlebureau waaruit blijkt dat het horloge aan bepaalde, geclassificeerde nauwkeurigheidseisen voldoet. Sinds de term chronometer in 1714 werd gegeven aan een precisie-uurwerk voor het bepalen van de geografische lengte op zee, zijn de benamingen scheeps-, zee- en marinechronometer ingevoerd voor transportabele, cardanisch opgehangen tijdmeters, waarvan de gang stabiel is. In Engelse vakkringen heeft men de term chronometer uitsluitend gereserveerd willen zien voor deze soort instrumenten, mits ook voorzien van een chronometer-échappement.
Chronometers worden tevens op het land gebruikt, bijv. voor geodetische metingen. Het criterium voor een nauwkeurige en stabiele gang voor uurwerken met de combinatie balans/spiraal als regelorgaan is het isochronisme van de balansschommelingen. Storend hierop werken voornamelijk de veranderingen in het traagheidsmoment van het regelorgaan door temperatuurwisselingen, positieveranderingen van het uurwerk, magnetisme enz.
Het standaardtype van de scheepschronometers toont afb. 1. Het uurwerk bestaat uit twee onderling verbonden hardmessing platen (platines) waartussen de bewegende delen zijn gelagerd, verdeeld in drie groepen: het aandrijfmechanisme, bestaande uit de veertrommel met veer, palling, snek en ketting; het raderwerk met inbegrip van het wijzerwerk; en het echappement met het regelorgaan, i.c. de balans met spiraal.
De kegelvormige snek egaliseert gedurende het aflopen van het uurwerk de variabele veerspanning en houdt zo het aandrijfmoment constant. De balans heeft twee door gewichten verzwaarde bimetalen vleugels die bij temperatuurwisselingen de invloed van de lengte- en elasticiteitverandering van de spiraalveer compenseren. De eindcurven van de cilindrische spiraalveer corrigeren kleine fouten, veroorzaakt o.a. door incidentele variaties in de amplitude. De vrije chronometergang (echappement van Earnshaw) heeft bij elke balansschommeling slechts een fractie van een seconde contact met het regelorgaan. Ook de cardanische ophanging van het uurwerk bevordert het isochronisme.
Bij de meeste conventionele scheepschronometers blijkt de dagelijkse gang bij 20 °C te verschillen van die bij 5 °C en bij 35 °C. Dit wordt de secondaire fout of anomalie van Dent genoemd.
Rond 1900 slaagde Ed. Guillaume erin een bijna volkomen compensatie te bereiken, door voor de integraalbalans een legering te gebruiken waarvan de uitzettingscoëfficiënt veranderlijk is. Daardoor buigen de compensatievleugels bij een bepaalde temperatuurstijging meer naar binnen dan zij zich bij een zelfde daling naar buiten verplaatsen.
Rond 1940 werd een chronometer ontwikkeld waarbij de band van de balans een gesloten geheel vormt, zodat stoornissen door de centrifugale kracht vrijwel geheel uitgesloten zijn. De spaak van de balans is van invar, de band zelf van roestvast staal. Deze is bij een bepaalde temperatuur een zuivere cirkel; verandert de temperatuur dan krijgt de band een ellipsvorm, wat van invloed is op het traagheidsmoment van de balans. De compensatiewerking voldoet alleen aan de eisen doordat gebruik gemaakt is van een elinvar spiraalveer met thermo-elastische coëfficiënt, die bij hogere temperaturen stugger wordt.
De scheepschronometer verkeert evenals de horloges in een overgangsstadium. Nu het mechanische uurwerk de hoogste graad van perfectie heeft bereikt, wordt het langzamerhand verdrongen door de elektronische uurwerken met betere gangresultaten. Ook aan boord van schepen komt de elektronische chronometer meer en meer in gebruik.