Synoniem van handelaar

handelaar - zakenman die goederen verhandelt. Synoniem met handelsman. Een detailhandelaar (zie aldaar) koopt kleine partijen goederen in en verkoopt ze en détail aan het publiek. Tussenhandelaren leveren niet aan de eindgebruiker. (Zie: tussenpersoon.) De tussenhandelaar heet grossier of groothandelaar als hij goederen in grote partijen inkoopt en ze verkoopt aan de tussenhandel verwerkende industrie. De koopman is werkzaam in de groot- of tussenhandel, en is geen winkelier. Staat hij op een markt, dan noemt men hem marktkoopman of standwerker. Een importeur voert goederen uit het buitenland in, een exporteur voert goederen naar het buitenland uit. Oude boeken, prenten, handschriften en kaarten zijn de handelswaar van de antiquaar, niet te verwarren met de antiquair, die in oude voorwerpen handelt (niet in boeken). Een al te handige handelaar noemt men een jood.

Zie: zakenman.

Iemand die handel drijft. Handelaar en koopman zijn de algemeene be¬namingen. Grossier is een koopman in het groot; winkelier een koopman, die zijne waren in het klein aan den gaanden en komenden man afzet; kramer eigenlijk een koopman, die met een verplaatsbaren winkel, eene kraam, op markten en kermissen staat; venter een koopman, die zijne waren aan de huizen verkoopt.

handelaar - zelfstandig naamwoord
uitspraak: han-de-laar

1. wie iets koopt en weer verkoopt
♢ de handelaar verkocht zijn hele voorraad

Zelfstandig naamwoord: han-de-laar
de handelaar
de handelaars of handelaren
het handelaartje

Synoniemen
dealer, koopman, zakenman