Synoniemen zoeken
Synoniem van geneeskundige
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
geneeskundige
geneeskundige - iemand die de geneeskunde uitoefent. De tandheelkunde wordt uitgeoefend door een tandarts. Een oogarts of oftalmoloog behandelt oogziekten en oogbeschadigingen; hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de oorarts, oorspecialist of otoloog. Acupuncturisten of acupuncteurs behandelen hun patiënten met acupunctuur. Onder toezicht van een arts werkt een assistent-arts. Een clinicus houdt zich in een ziekenhuis bezig met onderzoek, onderwijs en het behandelen van patiënten. Bij gedragsstoornissen bezoekt men een psychiater, die psychoanalyticus heet wanneer hij gebruik maakt van de psychoanalyse. Een sociaal-geneeskundige heeft een signalerende en analyserende taak, en is bijvoorbeeld bedrijfsarts. De arts is een geneeskundige die krachtens zijn opleiding officieel bevoegd is zijn beroep uit te oefenen (dit woord heeft overigens geen betrekking op tand- en oogartsen en op beoefenaars van alternatieve geneeswijzen). Informeel synoniem: dokter, zeer informeel is pil. In scherts: esculaap. Formeel: medicus; zeer formeel: geneesheer. Een huisarts of, in informele stijl, huisdokter is niet gespecialiseerd en heeft een eigen praktijk. Niet gespecialiseerd is ook de bedrijfsarts, die in dienst is bij een bedrijf, een bedrijfsgeneeskundige dienst en dergelijke. Is deze een keuringsarts, dan is hij belast met keuringen van nieuwe werknemers. De gezondheidstoestand van leerlingen op scholen wordt in de gaten gehouden door een schoolarts (eveneens zonder specialisme). In vroeger tijden werkten op schepen of op het platteland chirurgijnen of heelmeesters. De specialist (zie aldaar) is een wél gespecialiseerde arts. In private dienst van een vooraanstaand persoon werkt een lijfarts.
Zie: kwakzalver.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
geneeskundige
geneeskundige - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ge-nees-kun-di-ge
1. wie een officiële bevoegdheid heeft om zieken te behandelen
♢ na een lange studie is Tony geneeskundige geworden
Zelfstandig naamwoord: ge-nees-kun-di-ge
de geneeskundige
de geneeskundigen
Synoniemen
arts, dokter, geneesheer, medicus