Synoniemen zoeken
Synoniem van Gebed
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
gebed
gebed - aanroeping van een god, van Maria of een heilige. Ook, in formele stijl, bede. Voor een formuliergebed zijn vaste bewoordingen opgesteld. De zegen is een formuliergebed waarmee men een zegen over iets of iemand afroept (benedictie genoemd als de zegen door een rooms-katholieke priester wordt gegeven); met de oefening of akte wil men berouw, geloof, hoop of liefde opwekken (in een oefening van berouw of akte van berouw spreekt men zijn berouw uit); het onzevader, paternoster of, formeel, gebed des Heren is gericht tot God de Vader en begint met 'Onze Vader die in de hemelen zijt'; het weesgegroet of ave-Maria is een formuliergebed tot Maria, dat begint met 'Wees gegroet, Maria'; het angelus of Engel des Heren, bestaat onder andere uit drie maal het weesgegroet en wordt gebeden om zes uur 's ochtends en om twaalf en zes uur in de middag; de litanie wordt gezongen; daarbij geeft het volk 'antwoord' aan een voorzegger. Een ander type gebed is de rozenkrans, waarbij men een bidsnoer (rozenkrans) gebruikt; een rozenkrans bestaat uit vijftienmaal het onzevader, tien weesgegroeten en één Eer aan de Vader. Men bidt om heil door middel van een heilbede. Een smeekbede of smeekgebed is de benaming voor een smekend gebed. Bij het openen en sluiten van een officiële vergadering doet men een ambtsgebed. Een schietgebed is zeer kort; je doet een schietgebed bij acuut gevaar. Men betuigt zijn dankbaarheid in een dankgebed of dankzegging. Een morgengebed vindt in de ochtend plaats.
Zie: getijde.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
gebed
gebed - zelfstandig naamwoord
uitspraak: ge-bed
1. woorden waarmee je bidt
♢ iedere avond voor het slapen zegde ze haar gebed
1. een gebed zonder end
[er komt geen eind aan]
Zelfstandig naamwoord: ge-bed
het gebed
de gebeden
het gebedje