Spreekwoorden en gezegden

F. Stoett (1977)

Gepubliceerd op 14-10-2020

Stekeblind zijn

betekenis & definitie

geheel en al blind zijn. Reeds bij Everaert.

Naar analogie van stokstijf, zo stijf als een stok, dus zeer stijf, maakte men ook stokblind, stoknar, stokdoof, stokoud, stokstil (Mnl. stockstille), enz., d.w.z. zeer blind, geheel en al gek, zeer doof, zeer oud, enz. Ook in het Hd. zijn stockblind, stockfinster, (ook kuhfinster), stockfremd, stocknackt (Mnl. naect alse een stock), stocktaub op deze wijze gevormd. Was men nu eenmaal gewend geraakt aan dergelijke samenstellingen, dan kon men licht in de plaats van stok hiermede niet directe verwante, maar tengevolge van toevallige ablaut geassocieerde woordstammen als stik en stek ter versterking bezigen (Franckv. Wijk 669). Zo ontstonden stickblind, steckblind, stekeblind, stikdonker en de Zuidnederlandse analogen stekevet, stekezot. Vgl. Hd. stickdunkel'); Eng. stoneblind.