Zijn hart uitstorten, luchten
Het hart, voornaamste orgaan van de bloedsomloop en daarom de zetel van het leven, wordt eveneens aangemerkt als de zetel van alle gemoedsindrukken en -aandoeningen. Wie veel pijnlijke indrukken (aandoeningen) heeft ondergaan, zodat ze hem tot een last worden, wil daarvan ontlast (verlost) worden en meent dit te kunnen doen door anderen deelgenoot van zijn leed te maken; hij wil: zijn hart uitstorten. De zegswijze is ontleend aan verschillende bijbelteksten. Vgl. Ps. 62:9, waar staat: ‘Vertrouwt op Hem te alle tijd, o gij volk; stort ulieder hart uit voor zijn aangezicht, God is ons een toevlucht’. Vgl. voorts i Sam. 1:15, Ps. 42:5, Klaagl. 2:19