Het was een oude Israëlitische gewoonte om bij verdenking van bloedschuld de handen te wassen, ten bewijze van onschuld. Dit symbolisch gebruik werd later ook toegepast bij de verdenking van andere misslagen. Bij de Romeinen kende men dit manuaal evenzeer. Pilatus liet zich, bij Jezus’ verhoor, water brengen, om zich ten aanschouwe van het volk de handen te wassen als bewijs van zijn onschuld aan het tragisch verloop der rechtspraak. Het ligt voor de hand, dat alleen hij die ‘in onschuld was’ met recht zijn handen (in rein water) mocht wassen. Zie voor nadere toelichting de volgende bijbelplaatsen: Deut. 21 : 6, Ps. 26 : 6, 73 : 13, Matth. 27 : 24